Afscheidsinterview bestuurslid SRPO

 
 

‘Wij moeten bij de politiek aan tafel zitten’

Angèle van der Star zwaait af als bestuurslid, januari 2023.

Je bent zelf schoolleider in het PO. Waarom heb je gekozen voor dit beroep?

‘Omdat ik het vak van schoolleider het mooiste beroep van de wereld vind. Als schoolleider werk je met kinderen, ouders en onderwijsprofessionals en kun je het verschil maken, in het hier en nu maar wellicht ook voor de toekomst. Wij bereiden kinderen immers voor op de dag van morgen. Als die kinderen goed zijn opgeleid, kunnen zij doen wat het beste is voor de toekomst van onze wereld.

’ Hoe heeft het beroep van schoolleider zich de afgelopen vijftien jaar ontwikkeld?

‘Ik ben zelf gestart als directeur van een kleine dorpsschool in een mooi Fries dorp. De werkzaamheden waren vooral gericht op de school en de stichting: faciliteren en leidinggeven gericht op de onderwijskwaliteit in combinatiegroepen. De verbinding met het dorp en het contact met de kinderen waren de belangrijke pijlers. Er was destijds enig ontzag en waardering voor de directeur. Dat heb ik de jaren daarna helaas echt minder zien worden. Inhoudelijk is het vak van schoolleider getransformeerd naar integraal schoolleider. Er komt veel meer bij kijken dan alleen onderwijskundig leiderschap. Denk aan strategisch leiderschap, coachend leiderschap en verandermanagement. En daarnaast vraagt het beroep een steeds bredere kennis en expertise zoals financiën en begroten, communicatieve vaardigheden, visie, zicht op teamprofessionalsering, personeelsbeleid, crisismanagement, moreel ethische dilemma’s, huisvesting, ventilatie en risico-inventarisatie.’

Intussen werd de positie van leerkracht verstevigd…

‘Ja en terecht. De leerkracht maakt het verschil. En de schoolleider ook. Die is onmisbaar om krachtig professionele leerkrachten te faciliteren in wat zij nodig hebben, om te signaleren waar het beter kan, om professionals te inspireren en te motiveren en zo samen kwalitatief hoogwaardig onderwijs te bieden. De schoolleider maakt, samen met het team, dit verschil. Dat vraagt om een lerende houding en kennis. Goed dus dat er een professionaliseringsbudget is gekomen van € 3.000,- per jaar, dat mag worden ingezet voor studieverlof, -kosten of andere professionalisering en bovendien tot maximaal vier jaar mag worden opgespaard. Talloze opleidingen zijn inmiddels geaccrediteerd, op hbo- maar ook op masterniveau. Inmiddels hebben al meer dan vijfhonderd schoolleiders in het primair onderwijs een masterregistratie behaald.’

Je bent als schoolleider actief op landelijk niveau en was ruim acht jaar bestuurslid van Schoolleidersregister PO. Wat was jouw bijdrage?

‘Ik heb me er vooral voor ingezet dat het een register is en blijft ‘van, voor en door schoolleiders’. Ik vind dat we als schoolleiders de regie in eigen hand moeten houden. Dat kan alleen als we continu luisteren, leren en anticiperen op wat daarvoor nodig is, bijvoorbeeld kennis delen, feedback verzamelen, oppakken wat beter kan en signaleren wat nieuwe trends en behoeftes zijn. Daarnaast heb ik me hard gemaakt voor het feit dat schoolleider zijn geen taak maar een beroep is.’

In 2013 werkte veertig procent van de schoolleiders in het PO aan hun ontwikkeling. Hoe heeft zich dat ontwikkeld?

‘Het percentage schoolleiders dat zich heeft ontwikkeld van basis naar vakbekwaam schoolleider is gestegen van 40% in 2013 naar 85% in 2020. Het percentage geregistreerd schoolleider schommelt tussen de 90-95%. Honderd procent is onhaalbaar; er zullen altijd mensen schoolleider worden die zich nog moeten scholen en registreren. Verder is er een kleine groep die zich om principiële redenen niet wenst te registreren.’

In 2018 pleitte de Onderwijsraad voor sterkere beroepsgroepsvorming bij schoolleiders: de ontwikkeling van een beroepstandaard en een kennisbasis en het zelf afbakenen van het beroep. Wat heeft het Schoolleidersregister PO hieraan gedaan?

‘De beroepsstandaard is door het Schoolleidersregister met schoolleiders samen geactualiseerd. We zijn meer tijd en aandacht gaan besteden aan de verdere ontwikkeling van de professionaliseringsthema’s zelf, onder meer door schoolleiders en onderzoekers bij elkaar te brengen in monitorgroepen die de ontwikkelingen van onze beroepsgroep in kaart brengen. Deze ontwikkelingen worden vervolgens ingebracht in een themakenniskring van schoolleiders die begeleid en gefaciliteerd wordt door het Schoolleidersregister en een wetenschapper. Samen gaan ze aan de slag om een thema uit te diepen. Zelf heb ik deelgenomen aan de kenniskring kansengelijkheid, een thema dat ons allen raakt. Je leert dan ook veel van elkaar. We hebben tools ontwikkeld om kansengelijkheid te bevorderen. Kortom: een kenniskring is ook van, voor en door schoolleiders, met herregistratiepunten als bijvangst.’

Wat hebben schoolleiders nog nodig om zich als beroepsgroep en als individuele beroepsbeoefenaars verder te kunnen ontwikkelen?

‘Ten eerste: meer maatschappelijk respect voor iedereen die werkt als schoolleider in het primair onderwijs. De schoolleider is een kritische succesfactor voor de kwaliteit van het onderwijs in de school en verdient erkenning en waardering. Het is een geregistreerde beroepsgroep die werkt aan de eigen professionalisering. Ten tweede: de ontwikkeling en professionalisering als beroepsgroep vergt tijd. Dat geldt trouwens ook voor scholing. Dat is niet iets dat je er ‘even bij doet’ en als eerste wordt geschrapt van ons prioriteitenlijstje als het druk is. Tot slot: schoolleiders moeten gesprekspartners worden van de politiek. Nu zijn het vaak ofwel de bestuurders die het mandaat hebben ofwel de leerkrachten die de massa hebben, die het onderwijsveld vertegenwoordigen. Schoolleiders moeten bij die gesprekken aan tafel zitten.’

Ook te lezen via de volgende link -> Interview SRPO jan. 2023